Effectief communiceren met een schaap als bestuurder – Communiceren als een beest – Deel 15

Een bestuurder van het type schaap wil dat de relatie met de OR goed is. Vertrouwen, gelijkwaardigheid en draagvlak zijn belangrijk voor het schaap. Deze bestuurder vindt het wij-zij-denken erg vervelend.

Aan het schaap merk je niet altijd zo goed wat hij zelf wil. Hij is ook niet zo met zijn eigen mening bezig. Geef het schaap daarom de tijd om zijn mening te bepalen. Het helpt daarbij als je feitelijke vragen stelt die zijn gedachten structureren. Wat zie jij als voor- en nadelen? Wat stel je voor om nu te doen? Hoe zie je jouw rol hierbij? Hoe zouden we het management kunnen meekrijgen voor dit voorstel? Druk zetten werkt averechts.

Als een schaap ‘ja’ zegt of knikt dan wil dat niet zeggen dat hij het er mee eens is. Meer dat hij snapt wat de OR bedoelt. Een schaap kan ongemakkelijk worden van directheid en zal soms omwille van de relatie iets toezeggen dat hij niet kan waarmaken. Samen even de tijd nemen om over een voorstel na te denken, helpt beter dan er een afspraak door te drukken.

Het is niet gemakkelijk om een schaap aan te spreken als de afspraken niet worden nagekomen. Vooral niet omdat hij zo aardig is en onmiddellijk zal toegeven dat de ondernemingsraad gelijk heeft.

Het belangrijkste aandachtspunt bij de overlegvergadering is het maken van concrete afspraken. Bereid feitelijke vragen voor over het voorgenomen besluit, over de wijze van communiceren hierover, over het tijdspad, et cetera. Stuur de vragen vooraf toe of bespreek ze voorafgaand aan de OV-vergadering even persoonlijk met de bestuurder.

Het grote voordeel van een schaap als bestuurder is dat het welzijn van de medewerkers hoge prioriteit krijgt. De OR wordt gezien als gelijkwaardige gesprekspartner. Het omzetten van goede bedoelingen in concrete acties is alleen niet altijd vanzelfsprekend.

Tips voor een goede communicatie met een schaap als bestuurder:

1. Toon persoonlijke interesse
2. Ga in op non-verbale reacties
3. Help met concreet formuleren
4. Denk mee over draagvlak krijgen
5. Geef tijd om mening te bepalen